This historic book may have numerous typos and missing text. Purchasers can usually download a free scanned copy of the original book (without typos) from the publisher. Not indexed. Niet afgebeeld. 1881 edition. Uittreksel: ... Wij bemerken gelijkheid en ongelijkheid. Wij classificeeren. Wij onderstellen in ons een zieleleven naar analogie van een hoog ontwikkeld dierlijk zieleleven, of beter wellicht, wij onderstellen het in de dieren naar analogie van het onze. Maar--wij staan toch als waarnemende en denkende wezens in zekeren zin boven ons zelf. Een ervaringswijsgeer als van der Wijck spreekt van het raadsel der ervaring juist om dien spectator universi. Wij zien en weten dat alles. Wij onderscheiden tusschen een deel der verschijnselen als ons lichaam met zijn vermogens, en het andere deel, de buitenwereld. Men hebbe nog zooveel afkeer van een metaphysisch ego, wij hebben hier steeds weer het Mysterie, hier, bij ons menschen op geheel eenige wijze, omdat wij, die er over nadenken, nu eenmaal menschen zijn. Wij zijn geest en daardoor alleen weten wij, dat wij stof zijn en dat wij in betrekking staan tot een wereld buiten ons. Wij denken en wij zoeken naar waarheid. Wij zijn een zich zelf gelijkblijvend ik te midden van allerlei wisselende gewaarwordingen, voorstellingen en begrippen. Laat men die gedachten toe, dan gaat men onwillekeurig verder. Zijn wij geest, dan vragen wij of het onlogisch is in dien geest, al hebben wij hem in zijn wezen niet doorgrond, den diepsten grondslag te stellen van het waarachtig zedelijk leven? Staan wij denkend, scheidend en verbindend, boven onze gewaarwordingen en voorstellingen, zouden wij niet evenzeer willend boven onze begeerten, neigingen, lusten staan? Zijn wij niet slechts geest maar Heilige geest? Zoo goed als onze geest daarin openbaar wordt dat wij ervaring, waarneming, begrippen, kennis, wetenschap bezitten en zoeken, zoo goed wordt de Heilige geest openbaar in het onvoorwaardelijk karakter dat de plicht voor...